
Klinisch onderzoek onder bijna 300 ouderen met lichte geheugenproblemen moest uitwijzen wat beter werkt om het brein voor aftakeling te behoeden: een matig- tot hoog-intensieve oefenprogramma of meer ontspannen beweegvormen. Beide oefenvormen bleken de conditie van het brein stabiel te houden.
Na twaalf maanden waren de scores op de gestandaardiseerde cognitieve prestatietest in beide groepen gemiddeld gelijk aan de scores die de deelnemers voorafgaand aan de studie haalden. De deelnemers hadden behalve milde geheugenproblemen, ook een matige conditie doordat ze voornamelijk thuis zaten. Hun validatiestudie met gelijkwaardige deelnemers wijst uit dat in deze periode een duidelijke verslechtering te verwachten zou zijn, schrijven de onderzoekers van de universiteit van California San Diego in Alzheimer’s & Dementia.
‘Echter, doordat wij geen controlegroep hadden die geen interventie onderging, zijn wij niet in staat te bevestigen dat het oefenprogramma bescherming biedt tegen cognitieve achtergang.’ Gezien het grote aantal bestaande gerandomiseerde gecontroleerde studies die dit positieve effect wél aantonen, was dat ook niet echt nodig. Het doel van deze studie was klaarheid te brengen in de meest effectieve oefenvorm.
Conditie, kracht, lenigheid en balans
Vier keer per week werkten de deelnemers in een lokale YMCA onder professionele begeleiding een op de persoon toegesneden oefenprogramma van drie kwartier af. De ‘aerobicgroep’ ging na aan de slag op de loopband, de crosstrainer en de hometrainer (fiets). Na een warming up ging de inspanning in intervallen omhoog naar 70 tot 80 procent van de zogeheten hartslagreserve. De vuistregel om de hartslagreserve te bepalen is 220 min de leeftijd min de rusthartslag. Dus voor bijvoorbeeld iemand van tachtig jaar met een hartfrequentie in rust van 60 slagen per minuut is de hartslagreserve 80. Tachtig procent daarvan is 64 en opgeteld bij de rusthartslag mag de persoon in kwestie zich dan inspannen tot een hartfrequentie van 124 slagen per minuut.
Ook de senioren die door het lot aan het lichte oefenprogramma waren toegewezen droegen een borstband om de hartslag te monitoren. Bij hen was het doel de inspanning te beperken tot 35 procent van de hartslagreserve. Zij gingen vier keer per week 45 minuten aan de slag met rekoefeningen voor alle grote en kleine spiergroepen, balansoefeningen en oefeningen om de bewegingsuitslag van de ledematen te vergroten.
Zoals gezegd waren beide oefenstrategieën gemiddeld genomen even effectief. Dat gold ook voor het volume van de hippocampus, een hersengebied dat van groot belang is bij verwerken van informatie. Over de periode van een jaar kromp de hippocampus in beide groepen met een halve procent. Dat is minder dan de 0,8 procent afname die in gezonde senioren gemeten wordt. Ook het volumeverlies in andere hersengebieden, zoals de prefrontale cortex, was kleiner dan in gezonde mensen van gelijke leeftijd.
De opkomst bij beide oefenprogramma’s was hoog, maar de deelname aan het lichte oefenprogramma was met 89 procent (om 81 voor het matig- tot hoog-intensieve programma) het hoogst.
Alzheimer
Deze resultaten zijn volgens de onderzoekers met name van belang omdat 16 zestien procent van de senioren met een hersenfunctie zoals die van studiedeelnemers, binnen een jaar afglijden naar een toestand van dementie. ‘Dit is een kritische periode om in te grijpen’, zegt mede-onderzoeker Aladdin Shadyab op de website van zijn universiteit. ‘Ze hebben nog geen dementie, maar lopen daar wel een groot risico op. Hoewel er nog een hoop te leren valt, laat deze studie zien dat regelmatige lichamelijke oefening oudere mensen een heel eind op weg helpt om cognitieve achteruitgang te vertragen of uit te stellen.’
Lees ook over de eenvoudigste balansoefening als valpreventie
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief