Op de MMV-ledendag op 25 oktober in Tilburg gaf prof. dr. Connie Jimenez een lezing over hooggedoseerd vitamine C als veelbelovende aanvullende anti-kanker therapie. Zij werkt als onderzoeker bij het AmsterdamUMC. ‘Toen ik deze literatuur ontdekte, dacht ik: ‘Dit is te mooi om waar te zijn!’
‘Wauw, die zijn goed bezig’, dacht prof. dr. Connie Jimenez toen ze begin 2023 MMV en haar leden ontdekte. ‘Het is belangrijk om je gezondheid in eigen hand te nemen bij een ziekte zoals kanker, want de uitkomsten zijn dan gewoon beter.’ Ook toen ze zelf geconfronteerd werd met ziekte, legde ze haar lot niet alleen in handen van artsen, maar ‘bleef ook zelf nadenken over een oplossing’. Zo kwam ze uit bij voeding en leefstijl en vitamine C in het bijzonder.
‘Intraveneus Vitamine C in hoge dosis: multifunctionele antikanker werking en veelbelovende (aanvullende) therapie’, is de titel van haar lezing. Opgeleid als moleculair cellulair bioloog kwam Jimenez in 2006 bij het AmsterdamUMC terecht. Ze zette een laboratorium op waarin ze grootschalig onderzoek doet naar eiwitten. ‘Via massaspectrometrie krijgen we systeembiologisch inzicht in hoe cellen werken en hoe ziektes moleculair gezien in elkaar zitten.’ Deze eiwitanalysetechniek maakt het mogelijk om te identificeren wat kankercellen gevoelig maakt voor hoog gedoseerd vitamine C.
‘Chronische ziekte ontstaat in samenspel met de omgeving’

In het laboratorium van Jimenez worden chronische verouderingsziekten onderzocht: complexe multifactoriële ziektes die ontstaan in samenspel tussen omgevingsfactoren zoals voeding en leefstijl, en genetische gevoeligheden. ‘Wat al die ziektes gemeen hebben, is chronische ontsteking.’ Ze wijst op een recente studie in het toonaangevende blad Cell dat laat zien dat kanker een systemische ziekte is. Jimenez wijst op leefstijlfactoren die van invloed zijn, zoals: het al of geen werk hebben, de mate van opleiding, of je een eigen huis hebt, rookt of niet. ‘Al die factoren zijn geassocieerd met allerlei kankersoorten, maar ook met hart- en vaatziekten en diabetes en of je ook eenzaam bent of niet.’ Ze concludeert: ‘Er zijn dus verschillende niveaus om op te grijpen als je die ziekte wilt bestrijden.’
Jimenez pleit voor een ‘multimodale aanpak’, zowel voor preventie maar ook voor behandeling. ‘Als je een actieve kanker hebt en daarvoor wordt behandeld is het belangrijk dat je tegelijkertijd zelf ook actief bent op de factoren waar je zelf controle over hebt.’

‘We moeten voeden en niet vullen’
Eens per jaar geeft Jimenez college over voeding en kanker. ‘Dan is de boodschap aan studenten vooral dat we onszelf moeten voeden en niet vullen.’ Hoog bewerkte voeding is vullend, maar mist de bouwstenen die het lichaam nodig heeft om te functioneren. Ook geeft ze studenten mee om het eten op hun bord kleur mee te geven: ‘Des te meer kleuren je eet, des te beter. Liefst vers en onbewerkt. De wetenschappelijke literatuur laat zien dat kanker dan minder voorkomt. Goede voeding is afweer ondersteunend. Dat betekent dat het lichaam beter in staat is kanker te bestrijden wanneer dat er is. Uw afweersysteem is de beste vriend tegen kanker.’
De afweer draait op micronutriënten, zegt Jimenez. Veel biochemische reacties in het lichaam hebben micronutriënten nodig om goed te werken. Wanneer je onvoldoende groene groente eet en te weinig magnesium binnenkrijgt, is het lichaam onvoldoende in staat om de schade die je dagelijks oploopt aan het DNA te repareren. ‘Vitamines en mineralen beïnvloeden via enzymatische activiteit ook de genetische expressie. Micronutriënten spelen een sleutelrol bij het goed functioneren van het afweersysteem. Vitamine C is om die reden ook heel belangrijk. Je DNA is dus niet per se je destiny. Er zijn allerlei aspecten van celfunctie die je kunt beïnvloeden en waar je aan kunt werken’, gaat ze verder. Met de juiste voeding beïnvloed je het lichaam waar de tumor in gegroeid is. ‘Je kunt ervoor zorgen dat die omgeving ontsteking tegen gaat. Ontsteking stimuleert de kankercellen om verder te ontsporen en het ondermijnt het immuunsysteem.’ Ook als er sprake is van kanker kun je met voeding en leefstijlfactoren een verschil maken.

‘Vitamine C is één van mijn lievelingsvitamines’
‘Vitamine C is een heel bijzonder vitamine’, vervolgt ze. Dat werkt op al die aspecten. Daarbij maakt ze onderscheid tussen een oraal vitamine dat je als supplement kan innemen een hoog gedoseerd intraveneus vitamine C. ‘Vitamine C is 1 van mijn lievelingsvitamines. Het is een molecuul zo oud als het leven op aarde, met wijdverbreide biologische functies, het is een vitaal levensmolecuul.’ Dieren kunnen hun eigen vitamine C maken. Afhankelijk van de omstandigheden waarin ze verkeren, maken ze zoveel als het lichaam nodig heeft om de stressreactie te neutraliseren. ‘Mensen kunnen dat niet en daardoor hebben we al gauw een tekort.’
Mensen en dieren verschillen niet heel erg van elkaar, legt ze uit. ‘Waar we goed aan doen, is genoeg te nemen ter ondersteuning van de afweer en al die processen waar vitamine C een rol in speelt, en te nemen wat dieren zelf kunnen maken: een paar gram per dag vertaald naar het menselijk lichaam.’
Mensen met kanker hebben vaak lage gehaltes aan vitamine C in hun bloed. Terwijl het de belangrijkste antioxidant is in onze lichaamsvloeistoffen: voor de aanmaak van enzymen, ons bindweefsel, voor signaalstofjes in de hersenen. Daarnaast is vitamine C belangrijk voor de energiehuishouding, draagt het bij aan de ontgifting en ijzerabsorptie. Verder is het een cofactor van DNA regulerende eiwitten, cellulaire signaleringsroutes en vervult het een sleutelfunctie bij verschillende processen van het immuunsysteem. ‘Dit verklaart waarom de opname-eiwitten voor vitamine C overal op alle cellen van ons lichaam te vinden zijn.’
Eerste antikankerstudies met vitamine C uit de jaren zeventig
De pionier van intraveneus toegediend vitamine C als anti-kanker therapie is de Nobelprijswinnaar Linus Pauling in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Sinds het begin van deze eeuw is er een hoop; nieuw onderzoek gedaan, zowel preklinisch als ‘vroege fase’ klinische studies. Een gunstig effect van vitamine C bereik je alleen met de toediening van hoge concentraties. ‘Met orale inname bereik je hooguit 0,2 mmol per liter. Kankerceldood bereik je echter pas als concentraties van 10 tot 20 mmol in het bloed gehaald kunnen worden.’
Ze noemt twee titels van overzichtsartikelen in toonaangevende tijdschriften die de hernieuwde interesse in deze vitamine aangeven. ‘Toen ik deze literatuur ontdekte dacht ik; dit is te mooi om waar te zijn.’ In haar laboratorium zette ze toen zelf kankercel-lijnen op kweek voor onderzoek om ‘met eigen ogen te zien dat de kankercellen dood gaan’. Ook zette ze de wetenschappelijke literatuur op een rij in een overzichtsartikel: 71 preklinische studies en 57 klinische trials. ‘De korte samenvatting is dat al die studies een positief effect laten zien. Vitamine C kan kankergroei remmen doordat het selectief toxisch is voor kankercellen via een ‘pro-oxidant’ mechanisme, en het kan ook de werking van chemo- en radiotherapie versterken.’
‘Data uit preklinische studies tonen bovendien aan dat hooggedoseerd vitamine C vaatvorming kan remmen en daarmee de groei van uitzaaiingen. Ook blijkt vitamine C de tumor suppressorgenen opnieuw aan te zetten en nog een scala aan andere effecten.’

Het is veilig te combineren met reguliere therapie
Het mooie is dat het veilig gecombineerd kan worden met reguliere therapie. Ook blijkt uit kleinschalig klinisch onderzoek dat hooggedoseerd vitamine C vaak van toegevoegde waarde is bij standaard chemobehandelingen. ‘Dat is onderzocht bij de kankertypes met de slechtste prognoses: longkanker, glioblastoom, alvleesklierkanker.’ Er is een signaal dat de overleving verbetert en het vermindert de bijwerkingen van de chemotherapie. ‘Het geeft dus een positief effect op de kwaliteit van leven.’
Tot slot licht ze nog de mogelijkheid toe van een andere benadering die aanvullend zou kunnen worden toegepast: het effect van hoog gedoseerd vitamine C in combinatie met periodiek vasten. ‘Als je vijf dagen voorafgaand aan de chemo vast, werkt de chemo beter’, bleek uit onderzoek van Valter Longo. Jimenez wijst op een muizenstudie waarbij het effect van hoog gedoseerd vitamine C in combinatie met nabootsend vasten net zo effectief is als een behandeling met oxaliplatine en vitamine C in het vertragen van de tumorgroei.
Jimenez benadrukt dat grootschalige klinische studies nodig zijn om te bepalen wat de toegevoegde waarde is. Dit is ook nodig om het beschikbaar te krijgen bij de oncoloog en via de verzekering vergoed. Ze vroeg subsidie aan bij het KWF om een klinische studie te doen samen met een longarts, maar dat is nog niet gelukt vanwege ‘gebrek aan voorwerk’. ‘Wie nu een behandeling wil is aangewezen op een privékliniek.’
Samenvattend: ‘Ik denk dat hoog gedoseerd vitamine C een mooie preventieve therapie kan zijn. En een ideale aanvullende kankerbehandeling. Het is veilig, de biologische mechanismes van de anti-kankerwerking zijn bekend, en de anti-kankerwerking is breed. Het kan de resultaten van de reguliere therapie verbeteren. Bovendien zijn er allerlei combinaties denkbaar bijvoorbeeld in combinatie met de MMV-voedingsrichtlijnen en hyperthermie. Bij kanker is een combinatie van zoveel mogelijk strategieën wenselijk.’
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief
